Oud-voorzitter en erelid Thom Langerwerf overleden

Heden bereikte ons het droevige bericht dat oud-voorzitter en erelid Thom Langerwerf op 5 oktober is overleden.

Onze gedachten gaan uit naar familieleden, vrienden, en overigen die Thom nabij waren. Wij wensen hen sterkte om dit verlies te dragen.

Hieronder volgt een in memoriam geschreven door Dorus van de Boom, die vele jaren samen met Thom in het bestuur van IJCE gezeten heeft.

Bestuur IJCE

Link naar rouwkaart

In memoriam

Thom Langerwerf

Het bericht dat Thom Langerwerf was overleden kwam hard bij mij binnen. Hoewel zijn hart al een tijdje wat ondersteuning behoefde, is zijn dood toch door mij met grote droefenis ontvangen. Hoewel zijn hart niet eens de oorzaak van zijn overlijden was.

Vergeef het mij dat ik aan dit memoriam een persoonlijk tintje geef.

Ik heb het voorrecht gehad om samen met hem bestuurlijk een lange tijd de IJsclub Eindhoven te mogen dienen. Plots komen bij mij de herinneringen op uit de tijd dat we samen met Henk Toersen en Jan van Maasakkers een degelijk hoofdbestuur vormden van onze vereniging.

Ook het rijden voor het SPI-schaatsje op latere leeftijd met onze vaste companen Toon Peeters, Dick Bous en Boudewijn Verhaar is bij mij blijven hangen. Maar de meeste goede herinneringen houd ik natuurlijk over aan je bestuurlijke activiteiten.

Met de komst van de kunstijsbaan is de schaatssport in Zuid-Nederland  lange tijd geconcentreerd geweest in Eindhoven.  Gedurende een lange periode heb jij de schaatssport in de regio gediend. In de bloeiperiode van 1982 tot 1988 – het was een periode dat Nederland werd getrakteerd op een aantal ferme ijswinters – werd jij voor het eerst voorzitter van de IJsclub.  Aanvankelijk stond je nog wel onder curatele van de legendarische Ab Cappon. Vanuit die positie werd jij van 1987 tot 1996, eerst bestuurslid en daarna voorzitter van het Gewest Noord Brabant/Limburg. Dit laatste impliceerde tevens het bestuurslidmaatschap van de KNSB.   

Na die periode  pakte jij de draad weer op bij de IJsclub. Van 1999 tot 2006 vervulde jij weer het voorzitterschap. Na 24 jaar, met een korte bestuursloze tussenperiode, nam je als bestuurder afscheid van de geliefde schaatssport. Maar je contacten met je ijsvrienden kon je niet missen. Je bleef komen.

Ik zeg geliefde schaatssport maar jouw uitdaging was mogelijk meer om een traditionele beweging als het schaatsen mee te laten lopen in de vaart der volkeren. Maatschappelijke ontwikkelingen gingen ook aan het schaatsen niet voorbij. Je zuchtte wel eens als de schaatsende belastingambtenaar uit Leeuwarden – Jan Charisius binnen de KNSB – weer eens een aantal bewegingen in de samenleving niet onderkende en verandering of vernieuwing binnen de bond tegenhield.      

Ook een schaatsvereniging ontkwam er niet aan om mee te gaan in de tijd. Je was dan ook doorlopend bezig geweest om echt beleid te voeren. Wil er toekomst zijn voor het schaatsen, zeker hier in het zuiden, dan zal er eigentijds moeten worden geopereerd. De concurrentie werd groot, vergrijzing trad op, belangstelling voor het schaatsen nam als gevolg van ijsloze winters af en de jeugd was moeilijker vast te houden.

We organiseerden dan ook opfrisbijeenkomsten, we gingen naar conferenties en luisterden hoe anderen het deden, ook buiten het schaatsen. We moesten structuurveranderingen doorvoeren, niet levensvatbare activiteiten werden bevroren of ontvlecht. De interne samenwerking kreeg hoge aandacht met speerpunten als  moderne communicatie en jeugdbeleid. We deden nota’s verschijnen en lieten onderzoek doen. En dan was je in je element. Richting geven aan vernieuwing en verandering. Grote bijeenkomsten sturen en proberen tot eenduidige gedachten te komen hoe we samen verder moesten. Ook in conflictsituaties stond de echte manager op die registreerde, regisseerde en dirigeerde. Zelfs de meeste onthutsende opvattingen deden jou dan niet wankelen. Je werd niet eens zichtbaar kwaad.

Anderen die het daar wel moeilijk mee hadden  troostte je: “Dorus, het is in het verenigingsleven net als met de processie in Echternach, drie stappen vooruit en twee achteruit. Maar we zijn wel een stap verder.”

Aimabel bestuurder als je was durfde je toch ook besluiten te nemen die soms hard en pijnlijk leken, maar noodzakelijk waren.  

Als het ijsvolk bijeen was bij onze talloze schaatsevenementen, kampioenschappen of wedstrijden dan pakte jij de microfoon. Je wist vaak de juiste toon te zetten bij blijde maar vooral bij droevige gebeurtenissen. Jij bezat de gave van het woord.

Op de baan genoot je van het sociale contact en je probeerde gelijktijdig nog te communiceren. Helaas ging dat de laatste jaren dat jij nog schaatste wat moeilijker omdat je het op het ijs wat rustiger deed. Maar langs de baan bleef jij de netwerker van weleer. Belangstellend en altijd een luisterend oor.

Niet alleen voor het schaatsen maar ook voor de in zijn beweging beperkte mens was  je bestuurlijk actief als penningmeester van de Nederlandse Sportbond voor mensen met een beperking (NEBAS).

Onze laatste activiteit was samen de klachtencommissie vormen. En als die klachten er al waren waren we snel gelijkgestemd in ons oordeel.

Al dit soort eigenschappen en functies tezamen maakten jou tot een bindend element, iets waar het verenigingsleven nog steeds grote behoefte aan heeft.

De schaatssport in Zuid-Nederland in het algemeen en de IJsclub Eindhoven in het bijzonder zijn jou grote dank verschuldigd voor je jarenlange bestuurlijke  bijdrage. Voor je vele verdiensten werd je het erelidmaatschap van onze vereniging en het ridderschap in de orde van Oranje Nassau toegekend.

Thom, het was fijn om met jou samengewerkt te hebben!

Dorus v.d.Boom,

secretaris uit vervlogen tijden

 

-----------------